Anderhalve week geleden werd het ‘iconische’ Sluishuis in IJburg opgeleverd. Een prachtige constructie van aluminium en hout, gelegen in het IJ bij het Steigereiland, even voordat je via de sierlijke witte Heerma-brug de wijk IJburg binnenkomt. Een paradijselijke plek met water, boten, een restaurant en wandelboulevards rondom. Het was een groot feest, met ballonnen, verhuiswagens en blije bewoners, die hun gloednieuwe huurappartementen betrokken. Een betonnen trap, met aan weerszijden de houten terrassen van de duurste appartementen, leidde de bezoeker en bewoner naar het dak.
Ons huis op Haveneiland-West was even ervoor de verkoop ingegaan. Ook ik wilde dolgraag huren in dit indrukwekkend gebouw, dat ik in de jaren ervoor in afschuw had zien verrijzen. Zou het opnieuw een duistere constructie worden, zoals er al zo veel zijn in IJburg? Toen de steigers uiteindelijk waren verdwenen, verscheen tot mijn verbazing een wonderschoon bouwwerk, dat wel gelegen was in een grimmige omgeving, waar in de loop van de tijd autobranden waren geweest, schietpartijen en gewapende woningovervallen … Daarvan repten de brochures vast niets.
Zou het Sluishuis zich aan de heilloze gevolgen van de Wijk zonder Scheidslijnen IJburg kunnen onttrekken? Tot dan toe was het geen enkele nieuwe ontwikkeling gelukt. Zouden de bewoners van het mooie nieuwe gebouw zich opsluiten in hun veilige enclave wanneer ze eenmaal langs het armoedige kadegebouw naar het sfeerloze winkelcentrum, met erachter het koude en naargeestige Joris Ivensplein, decor van criminaliteit en Marokkaanse rapnummers (vanaf 2:37), waren gelopen. Winkelcentrum IJburg, waar ondernemers al tijden nood klaagden over het gebrek aan kapitaalkrachtig publiek, dat het centrum leek te mijden, en straatcoaches de AH afschermden. Lees verder