Vier dagen na de verkiezingen van 15 maart 2017 stond de teller op 18 journalisten. Met allen sprak ik over het ‘grimmige’ IJburg en mijn stem op Geert Wilders. Na publicatie van Kwaad van Joost Niemöller en een interview in de Volkskrant over hoogopgeleide stemmers PVV, werd ik vrijwel onophoudelijk benaderd door media uit alle continenten. Mijn agenda liep al snel boordevol. Ik sprak journalisten uit Japan, de VS, Argentinië, Zweden, Denemarken, Groot-Brittannië, Hongarije, Duitsland, Canada, Portugal en België. Soms meerdere op een dag. Vele internationale filmploegen kwamen naar IJburg.
Maar liefst twee filmploegen uit Nederland ontving ik bij mij thuis, een van de VPRO en een van WNL. Iedereen was even dankbaar en vriendelijk. Een uitzondering was de lokale zender AT5, die het nodig vond een onverantwoorde heksenjacht te ontketenen na uitzending van een wat amateuristisch item van een Belgische nieuwszender. Het Belgische item had de volkswoede losgemaakt. Damage control van IJburg TV leek deze keer niet te lukken. Ik voelde me onveilig na de uitzending van AT5, met name, omdat de politiepost in IJburg gesloten is. In de Belgische reportage wandelden een verslaggever en ik samen door een ‘grimmig’ deel van Haveneiland-West, IJburg, waarbij ik mijn gedachten deelde over wat ik er zag. Het werd uitgezonden, zonder enige context. De Belgen zijn dan ook verloren, dacht ik, na het zien ervan. Anders dan de Britten, die een prima item uitzonden over hetzelfde onderwerp. Lees verder